Navigation:  Financiële mutaties registreren > Bankmutatie toevoegen

 

De meeste financiële transacties vinden via de bank plaats. Veranderingen in het saldo van uw bankrekening boekt u in een dagboek van het type Kas-, bank- en giroboek dat is gekoppeld aan een grootboekrekening Kas of Bank. Heeft u meer dan één bankrekening, dan maakt u voor elke bankrekening een aparte grootboekrekening en een apart dagboek aan die u vervolgens aan elkaar koppelt.

Op basis van de bankafschriften die u krijgt toegestuurd, heeft u een overzicht van de inkomsten en uitgaven via de bank. Deze voert u op volgorde van binnenkomst in het betreffende dagboek in. Zorg er daarbij voor dat het boekstuknummer gelijk is aan het nummer van het bankafschrift.

Elke mutatie die u invoert in een dagboek van het type Kas-, bank- en giroboek, wordt automatisch geboekt op de bijbehorende grootboekrekening, bijvoorbeeld 1100 Bank.

●Wanneer u gebruik maakt van de module Telebankieren/Incasso, worden de boekstukregels voor betaling en incasso van facturen automatisch aangemaakt in een dagboek als 99 Betalingen onderweg (zie verder Stamgegevens telebankieren toevoegen). Bij het handmatig verwerken van een bankafschrift waarop bedragen van dergelijke betaal- en incasso-opdrachten staan, legt u deze bedragen vast op de grootboekrekening die aan dat dagboek is gekoppeld, bijvoorbeeld 1999 Betalingen onderweg.

U boekt een bankafschrift als volgt in het dagboek Bank:

●Klik op de knop op de werkbalk.

Het venster Boekstukken wordt geopend.

●Klik op de knop Invoer.

●Selecteer in het veld Dagboek het dagboek Bank.

Er wordt direct een boekstukregel toegevoegd met bijvoorbeeld de grootboekrekening 1100 Bank.

Voer in het veld Boekstukomschrijving een omschrijving van het bankafschrift in, bijvoorbeeld Afschrift 002.

Als u een bankafschrift wilt invoeren dat in een ander boekjaar moet worden vastgelegd dan het boekjaar dat standaard bij de optie Boekjaar is geselecteerd, selecteert u in de lijst Boekjaar het gewenste boekjaar.

Aan elk boekstuk wordt automatisch een nummer toegekend dat bestaat uit de laatste twee posities van het boekjaar, het dagboeknummer en een volgnummer van vijf cijfers (zie het veld Boekstuknr). U kunt dit nummer niet wijzigen.

●Voer in het veld Valutadatum de datum van het bankafschrift in (standaard wordt de huidige datum ingevuld).

In het veld Saldo EUR staat het saldo van de bankrekening die aan het dagboek is gekoppeld. Het wordt na elke boeking automatisch gewijzigd. U kunt dit saldo niet wijzigen. Controleer dus of het saldo juist is. Is dat niet het geval, dan heeft u een onjuist saldo bij de beginbalans ingevoerd of een vorig bankafschrift niet correct vastgelegd. Corrigeer dit eerst voordat u verder gaat met het toevoegen van een nieuw bankafschrift.

In het veld Periode wordt standaard de maand van de valutadatum ingevuld. U kunt desgewenst een andere maand vastleggen.

Als u bovengenoemde gegevens heeft ingevoerd, kan de grootboekrekening Bank bijgewerkt worden. Hierna drukt u op de Tab-toets waarna u aan de hand van het bankafschrift de mutaties in de vorm van boekstukregels kunt toevoegen. Hiervoor moet u eerst een keuze maken in de lijst Soort boeking/Grootboekrekening. Welke keuze u maakt, hangt af van de soort mutatie die u wilt vastleggen. Zie verder Betaling van een inkoopfactuur verwerken, Betaling van een verkoopfactuur verwerken, Terugboeking incasso verwerken of Overige bankmutaties verwerken.

●Zodra u alle mutaties in de vorm van boekstukregels heeft vastgelegd, controleert u of het eindsaldo volgens het bankafschrift gelijk is aan het saldo in het veld Saldo EUR dat automatisch wordt bijgewerkt op basis van de vastgelegde boekstukregels.